Snel zoeken:
Jeugdtoer - Bijbellezen 1

Bijbels zijn er in diverse soorten en formaten: Grote kerkbijbels, maar ook kleine handige zakbijbels. Misschien heb je wel eens zo’n oude zware bijbel gezien, met grote koperen of zilveren sloten. Tegenwoordig zijn er ook moderne bijbels in pocketvorm.

Bijbels zijn er ook in diverse talen en dialecten: In het Engels, Frans, Duits en Spaans, maar bijvoorbeeld ook in het Toba-dialect van Midden Sumatra. In de meeste westerse talen kun je kiezen tussen verschillende vertalingen. In het Nederlands kennen we o.a. de Oude of Statenvertaling (1937) en de Nieuwe of N.B.G vertaling (1951 – 1952). Van R.K. zijde is bekend de Petrus Canisius en de Willebrord vertaling. Heel nieuw is de vertaling van het Nieuwe Testament in de Volkstaal: “Groot Nieuws”.

De naam Bijbel is afgeleid van het Griekse woord Biblia, dat ‘boeken’ betekent. De Bijbel, één boek, dat uit 66 boeken bestaat. Je zou ook kunnen zeggen dat de Bijbel 70 boeken bevat, want het boek van de Psalmen bestaat weer uit 5 afzonderlijke boeken.

Twee delen
We verdelen de Bijbel in twee delen en wel: ‘Oude Testament’, dat uit 39 boeken bestaat, en het ‘Nieuwe Testament’, dat 27 boeken bevat. Je kunt er het volgende overzicht van geven.

Oude Testament:
- De vijf boeken van Mozes, ofwel de Pentateuch ( Genesis, Exodus, Leviticus, Numeri en Deuterenomium).
- Geschiedkundige boeken (Jozua, Richteren, Ruth, Samuël 1 en 2, Koningen 1 en 2, Kronieken, Ezra, Nehemia en Esther).
- Poëtische boeken ( Job, Psalmen, Spreuken, Prediker, Hooglied).
- Profetische boeken (Jesaja, Jeremia, Klaagliederen, Ezechiël en Daniël. Deze noemt men ‘de Grote Profeten’. En verder Hosea, Joël, Amos, Obadja, Jona, Micha, Nahum, Habakuk, Zefanja, Haggai, Zacharia en Maleachi, deze noemt men ‘de Kleine Profeten’.)

Nieuwe Testament:
- De vier evangeliën ( Mattheüs, Marcus, Lucas, Johannes).
- Handelingen.
- Brieven van Paulus (Romeinen, Korintiërs. Galaten, Efeziërs, Filippenzen, Kolossenzen, Tessalonicenzen 1 en 2, Timoteüs 1 en 2, Titus, Filemon en Hebreeën.)
- Pastorale brieven ( Jacobus, Petrus 1 en 2, Johannes en Judas).
- De Openbaring.

Om de bijbelboeken gemakkelijk te kunnen indelen zijn er bijbels met duimgrepen te koop of wel bijbels met index.

Samenstelling:
Mozes begon te schrijven ongeveer 1500 jaar voor Christus. Johannes, de laatste briefschrijver, legde de pen neer ongeveer 100 jaar na Christus. De 66 boeken van de Bijbel zijn dus in een tijdsverloop van +/- 1600 jaar ontstaan.
Minstens 40 schrijvers hebben er aan meegewerkt, en deze schrijvers verschilden onderling zeer. Er is onder hen een veeherder (Amos) en een prins (Daniël), een visser (Petrus) en een dokter (Lucas). Ondanks al die verschillen vormen hun geschriften één geheel.